Geven

Terwijl de wereld vol is van mensen die nemen en stelen, is het christendom gefundeerd in het principe van geven. Hudson Taylor schreef: “Onze God is niet Iemand die alleen maar uitspreekt dat Hij wil geven maar alles daadwerkelijk heeft gegeven”. Hij gaf zijn Zoon aan een opstandige wereld. De Zoon gaf Zijn kostbare leven in de dood. Paulus zegt: Het is zaliger te geven dan te ontvangen (Hand.20:35).

Eens werd Hudson Taylor geroepen bij een stervende vrouw. Door zijn principe alles van God te verwachten, weigerde hij in die tijd aan zijn baas zijn salaris te vragen. Deze vergat het zodat Hudson Taylor in het laatst nog slechts twee en een halve shilling in zijn bezit had. Met dat geld op zak ging hij naar de stervende vrouw. Hij kwam in een smerig huis waar een jonge vrouw met een baby in doodsnood verkeerde. Haar nood was op te lossen door een medicijn maar het geld ontbrak. Men vroeg hem te bidden maar hij kon het niet. Het laatste geld brandde in zijn zak. Deze mensen waren nog armer dan hij. Wanneer het geld dat hij bezat uit meerdere munten had bestaan, had hij kunnen delen zodat hij zelf nog wat overhad. Nu moest hij de ene munt die hij had geven en dat betekende voor hem een absolute bankroet. De arme man pleitte voor zijn zieke vrouw. Hudson kon niet bidden omdat dat geld in zijn zak brandde. Kon hij God vertrouwen ook als hij helemaal niets had? Na een strijd stak hij zijn hand in zijn zak en gaf de munt aan de arme man. Op dat moment was de vrouw geholpen en Hudson Taylor was vol blijdschap. Later schreef hij: “Niet alleen werd het leven gered van deze vrouw maar ook werd mijn leven gered zodat het niet onbruikbaar werd voor de eeuwige almachtige God”.

Geven maakt rijk. Er is een grote vijand voor het geestelijke leven en dat is de Mammon (Matth.6:24). Toen Gods Geest werd uitgestort op Pinksteren, werd direct de Mammon overwonnen. We lezen over de eerste christenen die alles aan elkaar gaven en met elkaar deelden (Hand.2:45). Er kwamen in die periode vele aanvallen op de gemeente van buitenaf. Er was dreiging met geweld en intimidatie. Deze resulteerden altijd in innerlijke groei. God deed grote wonderen na de overwinning. De grootste aanval kwam er door Ananias en Saffira. De Mammon had hun hart weer bezet (Hand.5:1-11). God grijpt in door een zware tuchtiging. Ananias en Saffira sterven. Ze plaatsten de geldgod boven de levende God. Dat verzwakt de kerk enorm.

De geestelijke kracht van Hudson Taylor was mede zo groot doordat hij alles gaf. God had alles gegeven en dus was geen offer te groot om uit liefde alles aan Hem aan te bieden. Toen er drieduizend mensen hongerig wachtten op eten zei Jezus tegen de discipelen: “Geeft Gij hen te eten” (Matth.14:16). Maar er was geen eten en zoveel mensen te eten geven was onmogelijk. Toen vroeg Jezus: “Wat heb je?” Er was een jongen die vijf broden had en twee vissen. Het was waarschijnlijk bestemd voor hem en zijn familie. Hij gaf het weg in de handen van Jezus en Hij vermenigvuldigde het. Na het uitdelen aan de vijfduizend mannen en vrouwen en kinderen, was er voor elke discipel een mand vol over (Matth.14:20). Het kleine gegeven in de handen van Jezus wordt groot. Wanneer leren de gelovigen dit principe? Zie naar het goud van de kerk en de weelde van hun leiders? Dat is niet in lijn met de Here Jezus die arm is geworden.

Als Elia bij de weduwe in Sarefat komt om verzorgd te worden, is zij bezig de laatste maaltijd klaar te maken voor haarzelf en haar zoon (1Kon.17:12). Elia vraagt of ze ondanks haar armoede eerst een koek wil maken voor hem. Het lijkt nogal arrogant en het is gewoon onverantwoord om zo’n vraag te stellen. Het betekent immers dat het dan voor de weduwe op is. Elia lijkt hier erg egoïstisch. Maar in geloof doet deze weduwe het. Daarna gebeurt het wonder zodat het meel niet opraakt en de olie blijft stromen (1Kon.17:14). Stel dat die weduwe eerst voor zichzelf de koek had gebakken. Dan zou ze gestorven zijn na het eten van die koek en het wonder van de vermenigvuldiging niet hebben beleefd. Hudson Taylor schreef: “Waarom ervaren we zo weinig van onze volheid in Christus? Waarom genieten we er niet van? Eenvoudigweg omdat we niet in staat zijn gul te geven”. België is een van de rijkste landen in de wereld. De kerk van Christus kampt echter met een chronisch geld tekort. Zendelingen moeten terugkeren of komen in moeilijkheden door gebrek aan financiën. Wat een geestelijke nood.

Start typing and press Enter to search